Wat is tango?

Tango is ontstaan uit een mengeling van muzikale invloeden: de milonga van het Argentijnse platteland, Cubaanse habanera’s, Afrikaanse ritmes van de candombe, wals, polka’s, mazurka’s en klezmer uit (Oost-) Europa samen met het belcanto van de Italiaanse immigranten in de gezongen tango’s. Eenmaal in zijn herkenbare eigen vorm is de muziek zich blijven ontwikkelen tot op de dag van vandaag in de neo-tango.

Een deel van de tango is luistertango, welke niet is gemaakt om op te dansen. De grote orkesten uit de gouden periode waren echte dansorkesten. Ze speelden in de danszalen van Buenos Aires. Om die zalen zonder versterking te kunnen bespelen, werd het aantal muzikanten uitgebreid, vaak met een rij violen en bandoneons. Dat gaf die orkesten de rijke klankkleur die onovertroffen is.

Nog steeds wordt op de tangosalons overwegend op de orkesten uit die periode gedanst: D’Arienzo, Di Sarli, Biaggi, Pugliese om maar enkele namen te noemen. Wanneer u tango gaat dansen gaat er een wereld aan muziek voor u open. Ook die kunt u net als de dans geleidelijk leren ontdekken.

De dans

De tango is een stijlvolle dans, tegelijk ingetogen en expressief met veel ruimte voor eigen invulling. Tango is oneindig in zijn uitdrukkingsmogelijkheden en afwisselend in zijn vorm. Gevoel en muzikaliteit zijn wezenlijke elementen. Het is een dans voor jong en oud.

Leren is leuk

De tango is een improvisatiedans van leiden en volgen. Het is een lichaamstaal die door oefening in uw fysieke geheugen terecht komt, het liefst door regelmatig te gaan dansen. Dan wordt het eigen en kunt u samen met uw partner versmelten in de muziek. Dat kan overigens al op de simpelste passen. Dat "in uw lijf krijgen" van de dans is leuk om te doen: een uitdaging en een ontdekkingsreis. Samen met uw partner uitzoeken hoe een beweging werkt en wat comfortabel voelt, te merken hoe bewegingen langzaam vanzelfsprekender worden en soepeler gaan en te merken wat bij u past en wat niet.

Simpele bouwstenen

De dans is in feite opgebouwd uit verschillende elementen: voorwaartse-, achterwaartse- en zijpassen, richtingveranderingen en verschillende posities van de danspartners ten opzichte van elkaar. Dit kan worden gecombineerd tot allerlei variaties en bewegingspatronen. In de lange traditie van de dans is een uitgebreid vocabulaire aan passen en figuren gegroeid. Door het geïmproviseerde karakter van de dans blijven er nieuwe bewegingen ontstaan, overal ter wereld waar de tango gedanst wordt.

Stijlen

Er is sprake van verschillende stijlen: tango de salon, tango espectaculo, milonguero of de 'antieke' canyengue. Tango kan expressief en groot worden gedanst of heel close en ingetogen. De tango kent verschillende ritmes: tango, milonga en tango-wals. In de lange historie heeft de muziekstijl zich steeds ontwikkeld en alle orkesten hebben hun eigen klankkleur. Deze uiteenlopende muziekinterpretatie kan ook tot uitdrukking worden gebracht in de dans.